Wat ook opvalt is dat de kwaliteit van het straatwerk lang niet altijd optimaal is en geregeld echt te wensen over laat. Denk aan te veel tonrondte, aan wijkende stenen, aan kantsopsluitingen die onjuist zijn of ontbreken en aan spoorvorming. Of de belasting te groot is geweest of dat de fundering niet goed is, is 

daarbij niet direct duidelijk.

Duidelijk is wel dat bestraten een vak is en dat het bevorderen en bewaken van de kwaliteit daarvan belangrijk is. Daar zetten we ons als SEB al vele jaren voor in en dat blijven we doen, zodat we trots kunnen zijn en blijven op ons werk. Dat de deelnemers van de SEB daar alle reden voor hebben, blijkt ook weer uit de diverse projectverhalen in dit magazine.

Ons inzetten voor kwaliteit doen we als SEB onder meer door scholing te bevorderen. Er zijn maar weinig schoolopleidingen tot stratenmaker, maar het is wel een echt vak. Ook theoretisch is er wel een en ander nodig, bijvoorbeeld om straatwerk goed uit te kunnen zetten. Veel stratenmakers hebben nooit een 

diploma gehaald, maar hebben in de praktijk het vak wel heel grondig geleerd. Dat ze vakbekwaam zijn, kunnen ze aantonen middels een SEB-audit. Meestal wordt die afgenomen tegelijk met de bedrijfsaudit van een deelnemend bedrijf. De SEB heeft daarvoor een eisenlijst opgesteld waaraan een vakbekwaam stratenmaker moet voldoen. Onze auditors kunnen bogen op jarenlange praktijkervaring om dit te kunnen beoordelen. Als SEB willen we aan deze persoonlijke audits graag nog wat meer cachet gaan geven zodat de stratenmaker met recht trots kan zijn op zijn vakbekwaamheidspapiertje!